X

Goede stress is geen stress

“Stress is nodig om te kunnen presteren, maar teveel stress is ongezond.” Dit, of een variant hierop, is een veel gehoord mantra. Het lijkt uit te gaan uit van de gedachte dat er één soort stress is en dat die ene soort stress er bij gematigde blootstelling voor zorgt dat je scherp bent en goed kunt presteren, maar bij overmatige blootstelling leidt tot mindere prestaties en, uiteindelijk, tot gezondheidsschade. Dit is onjuist. Het gaat om twee wezenlijk verschillende soorten fysiologische reacties. De ene soort (hierna: Performance Respons) draagt bij aan topprestaties, hoge productiviteit en flow[1] en onder de invloed van de andere soort, de zogenoemde ‘fight or flight’-respons (hierna: FF-Respons), is cognitief goed presteren feitelijk onmogelijk.

Een goed begrip van de nadelen van de FF-Respons, de voordelen van de Performance Response en de triggers voor beide reacties, is de start van het verbeteren van de gezondheid van medewerkers én van het behalen van een concurrentievoordeel.

De FF-Respons ontstaat zodra de hersenen gevaar waarnemen. In het werk kunnen angst voor onvoldoende functioneren, of voor falen, afwijzing, of uitsluiting als zodanig kwalificeren. De automatische reactie van het lichaam is de fight or flight-reactie, die in hoofdzaak wordt veroorzaakt door de stresshormonen cortisol en een grote hoeveelheid adrenaline. In deze staat is rationeel denken moeilijk: de amygdala is geactiveerd door het gesignaleerde gevaar en het rationele brein gaat als het ware offline: in plaats van rationeel handelen, gaan we reactief en instinctief optreden met een focus op de stressor.[2] Bij chronische stress wordt deze respons continu getriggerd – mensen hebben soms niet meer in de gaten dat ze gestrest zijn – met alle schadelijke gevolgen van dien.

Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt de FF-Respons niet optreedt zolang mensen controle ervaren. Zolang iemand weet dat hij de taak of situatie onder controle heeft, zal hij geen ‘gevaar’ waarnemen. De FF-Respons blijft dan uit en het rationele brein blijft online. Medewerkers die het gevoel hebben dat ze niet in staat zijn de doelen te halen, dat het werkt nooit af is, het nooit goed genoeg is (in vergelijking met anderen), of er niet bij te horen, voelen die controle niet. Zij kunnen op psychologisch niveau ‘dreiging’ ervaren en, als dat zo is, de nadelen ondervinden van de FF-Respons.

De Performance Respons is iets heel anders en kan ontstaan in een situatie die uitdagend maar haalbaar is. Een bekend voorbeeld hiervan, in optima forma, is flow: een staat waarin mensen zeer gefocust zijn en het gevoel hebben dat de (uitdagende) taak moeiteloos wordt volbracht. Uit een 10-jaar durend onderzoek, gedaan door McKinsey, rapporteerden senior managers dat zij vijf keer productiever waren in flow.[3] Adrenaline en cortisol, verantwoordelijk voor de FF-Respons, spelen hier géén rol. In plaats daarvan is sprake van een mix van neurochemische stoffen die het lichaam activeren, een goed gevoel geven en de concentratie en focus vergroten. Hier blijft het rationele brein online en profiteren we van de toegenomen focus en concentratie: het wordt rustiger in de bovenkamer. Medewerkers kunnen hun performance dus enorm vergroten door de Performance Respons op te zoeken. Voor het triggeren van de Performance Response gelden, naast een gevoel van controle, een aantal aanvullende voorwaarden, waaronder, zoals gezegd, uitdaging en het vertrouwen dat de klus geklaard kan worden, maar ook helderheid over de taak, feedback en intrinsieke motivatie.

Het vergroten van het gevoel van controle en het afstemmen van de uitdagingen op de vaardigheden van de medewerker is een goed begin. Let’s go for peak performance en, als het even kan, flow.

[1] Kotler, S., Create a Work Environment That Fosters Flow, Harvard Business Review, oktober 2019.
[2] Arnsten, A. Stress signalling pathways that impair prefrontal cortex structure and function, Nat Rev Neurosci 10, 410–422 (2009).
[3] Cranston, S. en Keller, S., ‘Increasing the ‘meaning quotient’ of work’, McKinsey Quarterly, januari, 2013.